Vanaf januari 2017 krijgen ondernemers te maken met meer maatregelen tegen schijnconstructies en een nieuw systeem van loonkostenvoordelen.
Maar er zijn nog meer veranderingen op komst voor bedrijven aan het begin van het nieuwe jaar. Een overzicht van de belangrijkste wijzigingen die vanaf januari gaan gelden.
Elektronisch factureren aan overheid wordt verplicht
Ondernemers die aan de overheid leveren, moeten vanaf 1 januari bij een nieuwe inkoopovereenkomst verplicht een e-factuur sturen.
Dat kan op drie manieren. Ondernemers kunnen elektronisch factureren vanuit hun eigen boekhoudsoftware via Simplerinvoicing, via een eigen aansluiting op Digipoort of via het leveranciersportaal van de Rijksoverheid.
De AOW-leeftijd gaat weer een stapje omhoog
De AOW-leeftijd gaat per 1 januari omhoog naar 65 jaar en negen maanden. In 2018 zal de AOW-leeftijd 66 jaar bedragen, in 2021 67 jaar om in 2022 uit te komen op 67 jaar en drie maanden.
In 2012 werd besloten de AOW-leeftijd te koppelen aan de levensverwachting van mensen. Hoe hoger die wordt, hoe langer mensen moeten werken.
Nieuwe premiekorting maakt het makkelijker langdurig werklozen in dienst te nemen
Een nieuw systeem van loonkostenvoordelen moet het voor ondernemers makkelijker maken om bijvoorbeeld langdurig werklozen of mensen met een arbeidsbeperking in dienst te nemen. Dan treedt namelijk het lage-inkomensvoordeel (LIV) in werking.
Door deze financiële vergoeding blijven de loonkosten laag voor werknemers die tussen de 100 en 125 procent van het minimumloon verdienen. De Belastingdienst keert de vergoeding op basis van gegevens van UWV automatisch uit.
Werkgevers krijgen per jaar op basis van veertig uur maximaal 2.000 euro voordeel op de loonkosten per aangenomen werknemer.
Werkgevers kunnen jongeren met een arbeidsbeperking makkelijker in dienst nemen
De Participatiewet en Wet banenafspraak worden vereenvoudigd. Hierdoor kunnen leerlingen uit het voortgezet speciaal onderwijs straks zonder beoordeling door het UWV worden opgenomen in het doelgroepregister. In dit landelijke register staan alle mensen die onder de banenafspraak vallen.
Als werkgevers iemand aannemen die in het doelgoepregister staat, telt dit mee voor de banenafspraak. Hierin is afgesproken dat zoveel mogelijk mensen met een lichamelijke, psychische of verstandelijke handicap een baan bij een gewone werkgever moeten krijgen.
Daarnaast is het straks mogelijk loonkostensubsidie aan te vragen voor jongeren die al in dienst zijn, maar die vanwege hun beperkingen geen aanspraak kunnen maken op het minimumloon. Er komt bovendien een forfaitaire loonkostensubsidie van 50 procent van het wettelijk minimumloon in het eerste halfjaar van het dienstverband.
Er gaan weer nieuwe maatregelen tegen schijnconstructies gelden
De Wet aanpak schijnconstructies (WAS) wordt sinds 1 juli 2015 in stappen ingevoerd. In januari 2017 gaat het laatste deel van de wet in.
Vanaf 1 januari moeten werkgevers het volledige minimumloon betalen. Constructies waarbij zij minder betalen, zijn verboden. Er mogen bijvoorbeeld niet ten onrechte maaltijdkosten, boetes voor te hard praten onder werktijd of verzekeringspremies worden ingehouden.
Alleen de volgens de wet verplichte of toegestane bedragen mogen nog worden ingehouden op het minimumloon. Inhoudingen op kosten voor huisvesting en de zorgverzekering zijn nog wel toegestaan, als de werknemer hiervoor een schriftelijke volmacht aan de werkgever geeft.
Het systeem van autobelastingen wordt stapsgewijs vereenvoudigd
Tussen 2017 en 2020 wordt het systeem van autobelastingen stapsgewijs eenvoudiger. Zo wordt het aantal bijtellingspercentages teruggeschroefd van vier naar twee.
De bijtelling voor privégebruik van volledig elektrische auto’s blijft 4 procent tot een aanschafbedrag van 50.000 euro. Voor alle andere zakelijke auto’s wordt dit 22 procent. De bijtelling voor auto’s die zijn aangeschaft voor 1 januari 2017 blijft 25 procent.
De aanschafbelasting personenauto’s en motorrijwielen (bpm) wordt stapsgewijs afgebouwd met in totaal 14,7 procent in 2020. Ook de berekening van deze belasting wijzigt.
Verder wordt het overgangsrecht eenvoudiger. Auto’s die in de periode 2017 – 2020 gekocht zijn, houden hun lagere bijtelling zestig maanden na de datum van de eerste toelating op de weg. Voor auto’s van voor 1 juli 2012 geldt tot en met 2018 het huidige overgangsrecht.
Het minimumloon gaat omhoog
De brutobedragen van het wettelijk minimumloon en het minimumjeugdloon gaan per 1 januari 2017 omhoog. De bedragen worden ieder jaar op 1 januari en op 1 juli aangepast.
Voor werknemers van 23 jaar en ouder wordt het brutominimumloon (WML) bij een volledig dienstverband 1.551,60 euro per maand. Per week en per dag gaat het om respectievelijk 358,05 euro en 71,61 euro.