Het Nibud maakt zich zorgen over gezinnen met één kostwinner en een inkomen tot 35.000 euro. Deze traditionele kostwinnersgezinnen hebben het volgens het instituut “financieel moeilijk”.
Huishoudens met minstens twee kinderen, een modaal inkomen en één kostwinner, hebben volgens het instituut steeds meer moeite om rond te komen. Er zijn in Nederland 87.000 dergelijke gezinnen die volgens het instituut “een echte risicogroep” vormen. Deze groep komt namelijk niet in aanmerking voor kwijtschelding van lokale lasten. Ook is het inkomen te hoog om zorg- of huurtoeslag te krijgen. Huur Het Nibud heeft berekend dat deze huishoudens kunnen rondkomen met een huur van maximaal 528 euro. Dat is volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) de gemiddelde huur voor deze inkomensgroep. Maar als het gezin in een duurdere huurwoning woont, een auto heeft, op vakantie wil en abonnementen bij een sport- of muziekvereniging heeft, komen ze maandelijks “al snel honderden euro’s tekort”. Meedoen “Als ze echt mee willen doen in de maatschappij, hun kinderen willen laten sporten, op vakantie willen en auto willen rijden, staan ze dagelijks voor financieel moeilijke keuzes.” Het Nibud denkt dat de gezinnen daarom bezuinigen op voeding, inventaris en onderhoud van de woning of tuin. Het modaal inkomen is het inkomen dat het meest voorkomt in Nederland. Het gaat om een bruto jaarinkomen van 35.000 euro. Bijstandsgezinnen Het Nibud heeft ook “grote zorgen” over bijstandsgezinnen met twee of meer kinderen. Bij de berekeningen gaat het instituut uit van een huur van 403 euro en een huurtoeslag van 173 euro. Daarmee kan zo’n gezin precies rondkomen. De ouders moeten dan hun huishoudboekje dan wel op orde hebben, alle toeslagen aanvragen en geen extra uitgaven zoals schulden en zorgkosten hebben. Ook houdt het voorlichtingsinstituut bij deze begroting geen rekening met kosten voor vakanties en sportverenigingen. In de praktijk blijkt dat deze groep toch vaak een huur van 500 euro of meer moet betalen. “Hierdoor wordt rondkomen nog moeilijker en bouwen ze maandelijks tekorten op. Waarschijnlijk bezuinigen minima op posten als kleding, inventaris en voeding”, aldus het Nibud.